In zijn boek
De grote Amerikashow schetst oud Amerika correspondent van de NRC Tom-Jan Meeus een somber beeld van de toestand van de democratie in Amerika (*). Door jarenlange polarisatie is het land verdeeld geraakt in twee kampen die elkaar verbaal naar het leven staan. Beleid wordt niet meer gemaakt op basis van feiten maar politici laten zich leiden door het electorale effect dat hun beslissingen beslissing hebben. Bovendien: over welke feiten heb je het eigenlijk? Want er zijn tegenwoordig linkse en rechtse feiten.
Het is weer een
schrikkeljaar dus er zijn dit jaar weer presidentsverkiezingen. De presidentskeuze heeft grote consequenties voor de rest van de wereld, en dus ook voor Nederland. Maar niet alleen daarom is het belangrijk de politiek in Amerika te volgen. In Nederland nemen we veel van de Amerikaanse cultuur over via TV en film. Nederlandse politici nemen een voorbeeld aan Amerika. Amerikaans populisme is in de Nederlandse politiek geïntroduceerd door Geert Wilders. Hij is in de leer geweest bij zijn Amerikaanse collega's (onder andere de conservatief Tom Tancredo) en heeft laten zien dat dit erg succesvol kan zijn. Rationele Nederlandse politici hebben hier, in 10 jaar tijd, nog steeds geen goed antwoord op gevonden. Ondertussen wordt de politiek hier steeds meer gekenmerkt door het zelfde verbale geweld en gespletenheid als in Amerika. Gaat de politiek in Nederland dezelfde kant op als in Amerika?
De politiek van het wantrouwen
Wantrouwen is er altijd een belangrijk onderdeel is geweest van de cultuur in Amerika. Richard Hofstadter laat in een zijn beroemde essay
The Paranoid Style in American Politics zien dat deze traditie teruggaat tot de 17e eeuw.
Maar Nixon is de eerste die dit weet te gebruiken voor electoraal succes. Hij maakt gebruik van de angst bij het deel van de bevolking dat moeite heeft met de invoering van gelijke burgerrechten voor zwarten en dat zich bedreigd voelt door de protestbewegingen van de jaren zestig. Nixon neemt het op voor de kleine man, de
silent majority, de Archie Bunkers, die door niemand serieus genomen worden. Nixon zet daarmee de toon voor de politiek tot op de dag van vandaag: een populistische politiek die polariseert doordat het tegenstellingen benadrukt en misbruik maakt van het wantrouwen dat veel burgers koesteren tegen de politiek en de elite.
Een slachtoffer van dit wantrouwen is de journalistiek. In een niet aflatende campagne worden journalisten er van beschuldigd niet objectief te zijn. Nixon en zijn vice President Spiro Agnew beschuldigen hen van liberale sympathieën. Dit is als politieke strategie zo succesvol gebleken dat conservatief Amerika tot op de dag van vandaag klaagt dat de grote
networks en de kranten een
liberal bias hebben, een afwijking naar links. Veel journalisten laten zich hierdoor intimideren en proberen bij berichtgeving te bewijzen dat zij objectief zijn. Bij elk meningsverschil of politiek strijdpunt moeten beide partijen aan het woord komen, en nog maar zelden durven journalisten hun eigen mening te geven over een zaak, bang dat zij door rechts beschuldigd worden van een
liberal bias.
In het boek laat Tom-Jan Meeus zien wat de gevolgen zijn voor het dagelijkse leven in het land. Hier is Meeus op zijn sterkst. Hij beschrijft een rodeo in een gevangenis (
Angola) waar gedetineerden een rodeoshow opvoeren voor de bezoekers. Hij gaat op bezoek bij de hillbillies in het
heartland die bang zijn dat hun levensstijl wordt bedreigd en zich vastklampen aan religie, vreemdelingenhaat en hun wapens,
zoals Obama hen ooit karakteriseerde.
Populisme: politiek is adverteren
Reizend door het Amerikaanse platte land ontmoet hij veel mensen die zeker zijn dat hun manier van leven bedreigd wordt en hij beschrijft hoe de populisten hier hun macht aan ontlenen:
Er zit systeem in de manier waarop populisten die invloed uitoefenen. De wapenlobby, de antiabortusbeweging, veel evangelicals, de Tea Party, politici als Tancredo: allemaal danken zijn hun succes aan de vrees onder hun volgelingen dat er voor hun levensstijl of opvattingen geen plaats meer zal zijn. Angst voor verlies is het krachtigste wapen waarover het populisme beschikt.
Als je maar heel vaak en heel hard roept dat iets waar is, ook al is dat niet zo, dan zijn er altijd wel voldoende mensen die zich laten overtuigen dat er misschien toch wel wat van waar is. Net als in de reclame is de logica vaak zoek: "wast witter dan wit". Sinds Nixon is de democratie steeds meer door cynisme en wantrouwen aangetast. Politici moeten om aan de macht te komen, of om aan de macht te blijven, gebruik maken van negatieve campagnes. Politiek is reclame geworden.
Niemand in de VS probeert nog te verbloemen dat politici slechts een rol spelen. Ideeën strijd en authenticiteit zijn bijzaken geworden: politiek is primair reclame.
Niet deskundigheid, of het landsbelang, maar wat de gewone man denkt, (of wat men denkt dat hij denkt) bepaalt de politiek. Het is populisme in zijn meest pure vorm. Nuchter beleid en feitenkennis spelen steeds minder een rol en zijn ondergeschikt aan de volkswil. Bush de Jongere heeft het ultieme populisme in de praktijk gebracht door een onwinbare oorlog beginnen, de "war on terror".
Party for Freedom? So American!
Tom-Jan Meeus maakt zich zorgen dat de politiek van het wantrouwen overslaat naar Nederland. Sinds de Tweede Wereld Oorlog heeft Amerikaanse cultuur en politiek veel invloed in Nederland, en dat is de laatste jaren, dankzij de media en internet alleen maar toegenomen. Nederlanders nemen snel Amerikaanse modes en gewoontes over. Meeus is het sinds zijn terugkomst uit Amerika opgevallen dat wij hier steeds meer "Amerikaanse dingen doen". Mensen zijn ook hier meer met hun imago bezig, en iedereen doet aan zelf promotie.
Zie hier bijvoorbeeld het interview dat Pamella Geller had met Geert Wilders.
Kan in Nederland het zelfde gebeuren met de politiek en de media als in Amerika? Het is nog niet zo erg als in de VS. We hebben in Nederland nog maar 10 jaar ervaring met het populisme, maar er zijn wel degelijk signalen dat het door populisten opgeroepen wantrouwen hier post vat. Uit peilingen blijkt dat ook in Nederland het vertrouwen in de politieke instituties afneemt.
Kritiek
De grote vraag die in het boek steeds opkomt is: waar komt de polarisatie die het land splijt en onbestuurbaar maakt vandaan? Tom-Jan Meeus geeft zelf toe dat hij die vraag niet compleet kan beantwoorden. Een mogelijke verklaring die hij bespreekt is het kiesstelsel: in de voorverkiezingen, (de
primaries)
wordt door de partijleden bepaald welke kandidaten mogen meedoen in de verkiezingen. De Republikeinen hebben net deze week in de primaries bepaald dat Mitt Romney presidentskandidaat is. Omdat in de meeste primaries alleen de eigen partijleden een stem kunnen uitbrengen - leidt dit er toe dat gematigde kandidaten afvallen: partijleden zijn nu eenmaal radicaler dan gewone kiezers die geen partijlid zijn. Dit effect was dit jaar goed te zien in de Republikeinse primaries: Mitt Romney moest, om gekozen te worden, eerst bewijzen dat hij een "echte conservatief" is (ook al was hij gouverneur een van een van de meest linkse staten), dat hij tegen “Obama care” is (ook al heeft Obama zijn plan gebaseerd op het ziektekostenstelsel dat Romney in Massachusetts heeft ingevoerd) en dat hij toch echt tegen abortus is (al was hij vroeger tegen een verbod).
Tot zover kan ik Meeus goed volgen. Dat primaries een rol spelen is duidelijk, en het is een belangrijke reden waarom de
Republikeinse partij de laatste jaren steeds verder is geradicaliseerd. Maar het vreemde is dat dit niet op gaat voor de Democraten, want ook zij kiezen hun kandidaten via primaries. Het is waar dat Obama zich vier jaar geleden net als Romney nu, veel linkser heeft voorgedaan dan hij werkelijk is (zoals blijkt uit zijn beleid tot op heden). Maar toch is de Democratische partij niet naar links opgeschoven. Integendeel zelfs: Democraten zijn sinds de jaren zestig juist naar rechts opgeschoven. Net als de PvdA in Nederland hebben zij in de jaren negentig hun "ideologische veren" afgeworpen. Na de ontnuchtering door het grote verlies van George McGovern is de partij gematigd, en heeft zij alleen nog maar gematigde "centrum-democratische" kandidaten geproduceerd, zeker geen ideologen. Presidenten Carter en Clinton waren eerder conservatieve Democraten en absoluut geen radicale ideologen, zeker niet vergeleken met de verrichting van de vorige Republikeinse President Bush de Jongere. Hij begon een ondoordachte, door ideologie gemotiveerd avontuur in Irak en heeft geprobeerd de Amerikaanse variant van de AOW (
Social Security) te privatiseren.
Dit blijft echter onderbelicht in het boek. Meeus heeft het alleen over polarisatie en suggereert voortdurend dat de radicaliteit van twee kanten komt, wat pertinent onjuist is. Zo gebruikt hij bijvoorbeeld het begrip "overheidsactivisme" als hij het heeft over de maatregelen die Obama neemt om de economie weer opgang te krijgen (700 miljard dollar stimulus, volgens economen veel te klein) en de invoering van een nieuw stelsel voor ziektekostenverzekering (broodnodig: er zijn ca. 45 miljoen onverzekerden in de VS, terwijl het systeem 2x zo duur is als bij ons). Dit is geen "overheidsactivisme" maar bescheiden uitgevoerde beleidsmaatregelen die niet worden gemotiveerd door ideologie, maar door noodzaak. Dat het nodig is komt door ideologisch gemotiveerd achterstallig onderhoud van zijn conservatieve voorgangers.
Wat is er dan wel gebeurd?
Ik heb natuurlijk ook geen definitieve verklaring voor de verschuiving naar rechts in de Amerikaanse politiek. Bovendien is er natuurlijk niet één oorzaak maar is het een samenloop van historische factoren. Een van die historische omstandigheden is de slavernij en de burgeroorlog die nodig was om deze af te schaffen. Pas in de jaren zestig van de vorige eeuw zijn de segregatiewetten afgeschaft en het is niet voor niets dat de grote verschuiving in de Amerikaanse politiek toen is begonnen. Tot die tijd waren conservatieven en progressieven verdeeld over twee partijen. Maar door de invoering van gelijke burgerrechten zijn conservatieven in het zuiden massaal overgestapt naar de Republikeinen.
Vanaf dat moment is de tweedeling in het land gaan samenvallen met de politieke partijen. Als gevolg hiervan is een conservatieve dominantie ontstaan, die tot op de dag van vandaag het land domineert. Nixon was de eerste president die voordeel had van deze
realignment in de politiek.
Een andere factor die in het boek onderbelicht blijft (al noemt Meeus het wel) is de rol van de media. De campagne tegen de media is bijzonder effectief gebleken. Hoe bizar en radicaal sommige van de Republikeinse maatregelen ook zijn (de oorlog in Irak, privatisering van het publieke pensioenstelsel, de radicale deregulering), zelden zal een journalist daar stelling tegen durven te nemen, bang als zij zijn om beschuldigd te worden van partijdigheid. Door Paul Krugman is dit ooit eens als volgt gekarakteriseerd: Republikeinen beweren dat de aarde plat is, volgens Democraten is zij rond, maar de kop boven het artikel over het meningsverschil zal dan zijn "Vorm van de aarde betwist". Die dynamiek is nu goed te zien in
de debatten over het Ryan Budged.
Dominantie van radicaal conservatisme
Door Meeus wordt uitgelegd waarom het politieke systeem conservatieven bevoordeelt. Dit kan verklaard worden door te kijken naar de manier waarop de Senaat werkt: doordat elke deelstaat evenveel zetels krijgt zijn volksarme, plattelands staten die overwegend conservatief zijn, oververtegenwoordigd. De grote, stedelijke gebieden met een meer linkse signatuur zijn ondervertegenwoordigd. Voeg daarbij de byzantijnse filibusterregel en de conservatieve dominantie is verklaard.
Conservatieven hebben gewoon een voorsprong op Democraten. Dit allemaal verklaart echter nog steeds niet waarom de Republikeinen zo ver naar rechts zijn opgeschoven.
De radicaliteit van conservatief Amerika is niet iets dat van de laatste tijd is. Al in 1961 schrijft Richard Hofstadter, in het ook door Meeus aangehaalde
artikel over de paranoïde stijl van de Amerikaanse politiek over het conservatisme:
[...]the modern right wing, [...] feels dispossessed: America has been largely taken away from them and their kind, though they are determined to try to repossess it and to prevent the final destructive act of subversion. The old American virtues have already been eaten away by cosmopolitans and intellectuals; the old competitive capitalism has been gradually undermined by socialistic and communistic schemers; the old national security and independence have been destroyed by treasonous plots, having as their most powerful agents not merely outsiders and foreigners as of old but major statesmen who are at the very centers of American power. Their predecessors had discovered conspiracies; the modern radical right finds conspiracy to be betrayal from on high.
Dit is geschreven in 1961, maar het is nog even geldig vandaag. Niet het conservatisme is veranderd maar hun invloed groter geworden. Het verschil met 1961 is dat zij de macht overgenomen hebben in de Republikeinse partij. In 1964 werd Barry Goldwater, een radicaal conservatief nog met ruime meerderheid verslagen. In 2012 is de Republikeinse partij de partij van Goldwaters nazaten met de zelfde radicale ideologie.
Polarisatie in Nederland
Moeten wij ons nu ook zorgen maken over Nederland? Er zijn natuurlijk parallellen aan te wijzen tussen Amerika en Nederland, al was het maar omdat de Amerikaanse cultuur een grote invloed heeft op ons land. Maar de geschiedenis en cultuur van Nederland zijn heel anders dan die van Amerika. De slavernij waar wij ons aan schuldig hebben gemaakt was altijd verborgen (namelijk in de koloniën) en heeft geen grote invloed gehad op onze cultuur. Ook hebben wij geen last van een onverwerkte burgeroorlog en is ons kiesstelsel fundamenteel anders dan dat in de VS.
Ook betwijfel ik of de conclusie dat in Nederland het midden steeds meer terrein verliest aan de vleugels correct is. In die zin zie ik wel overeenkomst met de VS: de polarisatie vindt niet plaats op links, maar op rechts. Het feit dat de PvdA terrein verliest aan de SP komt niet doordat de kiezer radicaler is geworden, maar juist door het opschuiven van deze partij naar rechts in de jaren negentig onder Wim Kok.
Bovendien is het absurd de SP te vergelijken met de PVV, een partij die bevolkingsgroepen tegen elkaar opzet en wantrouwen als middel in de politiek heeft geïntroduceerd voor electoraal succes. Ik heb mijn bezwaren tegen de SP, maar die zijn inhoudelijk. Of kunnen we zeggen dat de SP met Roemer een
southern strategie volgt om de PVV kiezers in te palmen?
Deze post staat ook op
Sargasso.
---
Dinsdag 17 april discussieert Tom-Jan Meeus
in de Rodehoed met Maarten van Rossem over het boek.
Historicus en Amerikadeskundige Maarten van Rossem reageert op het boek van Tom-Jan Meeus en gaat met hem in debat. Verder spreken oud-correspondenten Maarten Huygen, Juurd Eijsvoogel en Mark Chavannes én de huidige correspondent in Washington Guus Valk over hun ervaringen in Amerika, de gepolitiseerde samenleving en het verschil met Nederland. Gespreksleider is Joost Oranje, plaatsvervangend hoofdredacteur NRC Handelsblad.
---
Noten
(*)
Verschenen bij Nieuw Amsterdam, maart 2012.
Foto verantwoording
feature image: Uitsnede van de omslag van het boek.
Foto 1: Richard Milhous Nixon, 37e President van de Verenigde Staten, bron:
Wikipedia
Foto 2: Abraham Lincoln, 16e President van de Verenigde Staten, bron:
Flicker.
Foto 3: Barry Goldwater, Senator van Arizona, bron:
Wikipedia.
Read more...