Schuld aan de crisis (1): ramptoerisme

>> Saturday, September 24, 2011

Deze post is gelijktijdig op Sargasso gepubliceerd.

De komende weken doen wij verslag van de collegecyclus “Wie heeft de crisis veroorzaakt?” van Ewald Engelen, geen college dictaat, maar hopelijk wel een goed verslag.

Wanneer de crisis exact is begonnen, is moeilijk vast te stellen. Was het de overname van de handelsbank Bear Stearns in februari 2008 of was het faillissement van die andere handelsbank, Lehman Brothers, september van dat jaar? Of was het misschien wel niet één gebeurtenis maar een hele serie gebeurtenissen? Een ding is zeker: het is een groot en complex fenomeen en niemand heeft het overzicht van wat er aan de hand is. Niemand weet wat er precies is gebeurd en iedereen heeft zijn eigen verklaring. Ook weten we nog niet hoe het gaat aflopen want nog dagelijks zijn er nieuwe ontwikkelingen. Wij zijn toeschouwers van een crisis die zich nog steeds verder ontwikkeld. Wij zijn getuigen van een crisis zoals die van de jaren 30.

 Ik was donderdag 22 september aanwezig bij het eerste college van Ewald Engelen waarin hij probeert de economische crisis uit te leggen. Ik ken hem van zijn columns in de Groene Amsterdammer. Donderdagavond bleek dat hij niet alleen een goed columnist is maar ook een begenadigd spreker. Hij volgt de gebeurtenissen niet alleen als wetenschapper maar ook als journalist en, zo bekende hij, ook een beetje als ramptoerist, want het is spannend: niemand weet nog hoe dit gaat aflopen. Hopelijk niet op dezelfde manier als de vorige grote economische crisis, maar het is wel iets waar we terdege mee rekening moeten houden.

In Nederland merkt de burger op dit moment nog niet zo veel van de crisis want de werkloosheid is nog relatief laag, maar dat is anders in de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en, met uitzondering van Duitsland, in de meeste andere Europese landen. Pas als de crisis voorbij is, zullen we kunnen reconstrueren wat er is gebeurd. Ook de Grote Depressie is pas in de jaren zestig goed beschreven. Er is nog veel wat wij niet weten. Wat is bijvoorbeeld de precieze omvang van het schaduwbanksysteem en wat is de rol van belastingparadijzen zoals Nederland? Banken geven nog steeds geen openheid van zaken over hun eigen rol in de crisis. Er moet nog veel onderzocht worden, en daarvoor is meer nodig dan een slappe commissie De Wit.

En daarmee was de toon gezet van dit college: niemand heeft een overzicht en iedereen kijkt vanuit zijn eigen perspectief naar de crisis. Wat je ziet hangt af van waar je staat. Het maakt uit in welk land je woont maar ook ideologie en eigenbelang kleuren de verhalen die mensen vertellen over deze crisis.
 
Geografie
Amerikaanse economen zagen de financiële crisis als een Minsky moment, het punt in de business cycle waarop alle marktpartijen opeens allemaal tegelijkertijd worden gedwongen om te verkopen omdat ze hun schulden moeten afbetalen. Er ontstaat dan een negatieve spiraal omdat iedereen tegelijkertijd wil verkopen.

De Europeanen hadden in het begin niet in de gaten wat er aan de hand was. Zij waren vooral beducht voor hedgefondsen, private equity funds en activistische aandeelhouders: hoe moet deze handel onder controle worden gehouden? Wat vooral opviel was het triomfalisme van de Europeanen: zo’n crisis kon alleen maar in Amerika ontstaan, het land van het hyperkapitalisme. In Europa, met zijn superieure sociaaleconomische model zou dat nooit gebeuren.

Ook binnen Europa hangt het sterk af van waar je woont voor hoe je de crisis ziet: Noord-Europeanen zien de crisis nu als een schuldencrisis die is veroorzaakt door ongedisciplineerde Zuid-Europeanen, terwijl de Zuid-Europeanen zich in de steek gelaten voelen door de noordelingen die alleen willen helpen in ruil voor draconische bezuinigen. Door deze bezuinigingen wordt elke vorm van herstel – en dus van eventuele afbetaling van de schulden – onmogelijk gemaakt. Maar bovenal voelen zij de gevolgen aan den lijve door de hoge werkloosheid. In Nederland en Duitsland is daar (nog) niet veel van te merken.

De Aziaten ten slotte zien deze crisis vooral als een Westerse crisis, zoals Kishore Mahbubani die niet van de financiële crisis spreekt maar van de Westerse crisis. Deze crisis is volgens hem veroorzaakt door het Westen en moet daarom ook maar opgelost worden door het Westen.  

Waar je staat bepaalt hoe je naar de crisis kijkt. De Europeanen zagen niet dat hun eigen banken, ja zelfs onze eigen brave Rabobank, evengoed betrokken waren bij deze crisis. En ook de Aziaten vergeten dat zij zelf ook een rol spelen in deze crisis: China is een van de grootste investeerders in Europa en Amerika en heeft veel te verliezen bij deze crisis.
 
Ideologie
Engelen verzamelt alles wat over de crisis wordt gepubliceerd en hij heeft in de jaren dat hij de gebeurtenissen volgt een zestal verhaallijnen kunnen ontdekken waarmee de crisis wordt beschreven. Ook hier blijkt weer: waar je (ideologisch) staat bepaalt wat je ziet. Hij onderscheidt zes hoofdlijnen.

Te veel staatTe veel markt
Te veel hebzuchtTe veel spaarzaamheid
Te weinig rationaliteitJaloers op natuurwetenschappen

1 Te veel staat Ben je, zoals veel Amerikanen, een aanhanger van filosofie dat de staat zo klein mogelijk moet zijn dan denk je dat te veel overheidsbemoeienis met de markt de oorzaak is van de crisis. Het begin van de crisis is volgens hen de Community Reinvestment Act. Met deze wet, die eind jaren 70 werd aangenomen, worden banken verplicht geld te lenen aan mensen met lage inkomens. Deze wet zou investeerders te veel hebben aangezet om te investeren in slechte, zogenaamde subprime hypotheken. De crisis van 2008 is begonnen doordat deze markt implodeerde. Dit is een populair verhaal bij Republikeinen en Libertariërs.

De senatoren Glass en Steagall
2 Te veel markt Ben je daarentegen van mening dat het kapitalisme te ver is doorgeschoten, dan vertel je een ander verhaal . De crisis is veroorzaakt doordat de overheid zich juist te weinig met de markt heeft bemoeid. Door de afschaffing van de Glass-Steagall Act, die een scheiding afdwong tussen handelsbanken en spaarbanken, en door het ongecontroleerd laten van de derivaten handel ontstond een instabiel schaduwbanksysteem. Men deed geen pogingen om de speculatieve zeepbel die hiervan het gevolg af te remmen waardoor deze veel te groot kon worden. Toen deze zeepbel uiteenspatte trok de implosie de rest van de economie met zich mee.


3. Te veel hebzucht Banken en andere partijen op de financiële markt hebben zich te veel laten leiden door financiële prikkels. Door bonussen van soms vele miljoenen werd aangezet tot steeds weer nieuwe financiële producten die veel geld opleverden. De risico’s van deze producten werden echter stelselmatig verhuld.

4. Teveel spaarzaamheid Precies tegenovergesteld aan het hebzucht-verhaal is de stelling dat juist te veel geld de crisis heeft veroorzaakt. Wereldwijd is ongeveer 50 biljoen dollar op zoek naar een belegging. Het is geld van banken, pensioenfondsen, hedgefondsen en landen met een betalingsoverschot, zoals China. Deze investeerders zoeken naar een goede investering voor hun geld, het liefst met een laag risico en hoge opbrengst. En precies dat is wat in de subprimemarkt werd aangeboden. De derivaten die erop waren gebaseerd waren op maat gemaakt voor deze investeerders: zij boden hoog rendement met een laag, triple-A, investeringsrisico. Waar een vraag is, is aanbod dus.

5. Gebrek aan rationaliteit. De moderne (financiële) bedrijven zijn uitgegroeid tot gigantische organisaties. De leiding van investeringsbanken zoals Lehman Brothers en Bear Stearns konden niet meer overzien wat ze aan het doen waren. Deze bedrijven zijn zo groot geworden dat informatie van de werkvloer de top niet meer kan bereiken. Maar ook individuele handelaren lieten zich leiden door irrationeel vertrouwen in de markt. Markten werken niet goed.

6. Jaloers op natuurwetenschappers. In de wetenschap is er een hiërarchie van wetenschappen. Bovenaan staan de “harde wetenschappen” en onderaan staan de sociale wetenschappen. Ergens daartussen zweeft de economie. Er is daarom bij economen een sterke behoefte om serieus genomen te worden en dat doen zij door zich te presenteren als harde wetenschap die met complexe mathematische modellen werkt. Dit bleek echter schijnzekerheid te zijn: de modellen zijn onjuist gebleken.  

Ramptoeristen
Vooral door de laatste groep worden de problemen in de economie als “engineering problemen” beschreven, als je die maar repareert dan komt alles goed. Maar dat zijn het juist niet. Zoals Engelen herhaaldelijk duidelijk maakte: deze crisis heel groot en niemand overziet het geheel. “Er is geen blauwdruk om uit de problemen te komen“. Helaas niet zou ik daar aan willen toevoegen. Niet alleen is de crisis groot en heeft niemand een volledig overzicht ook zal iedereen de gevolgen gaan ondervinden. De ramp voltrekt zich nog steeds van dag tot dag. Niet alleen zijn we allemaal ramptoeristen, we zijn tegelijkertijd ook allemaal slachtoffer van de crisis die zich op dit moment afspeelt. De komende weken gaat Ewald Engelen verder met, zoals hij het uitdrukt, een first draft of history van de economische crisis en zullen wij, ramptoeristen van Sargasso die wij zijn, deze colleges bijwonen om daarvan verslag doen.

Bonus
Al Jazeera heeft net deze week een documentaire uitgebracht over het ontstaan van de crisis, waarin dezelfde vraag wordt gesteld als in het college van Ewald Engelen. Opdracht: kijk naar dit verhaal en bepaal met welke invalshoek naar de crisis wordt gekeken, waar staan de makers van deze documentaire?
(nota bene: deze video maakt geen onderdeel uit van het college).
Fotocredit: wikipedia

0 comments:

About This Blog

  © Blogger templates Sunset by Ourblogtemplates.com 2008

Back to TOP