Indoctrinatie

>> Friday, October 28, 2016

Barbie (Bron:  Andreas Matern  (CC BY 2.0) )

Op ARTE de documantaire Prinzessinnen, Popstars & Girl Power gezien over de meisjescultuur die door bedrijven wordt gebruikt om de omzet te verhogen en van meisje roze prinsesjes maakt. Blauw is jongen, Roze is meisje. Niemand weet wanneer dat zo is geworden, want in de Middeleeuwen was het omgekeerd: blauw stond voor Maria, en rood of roze voor jongens.

Al op heel jonge leeftijd wordt meisje ingeprent wat ze moeten doen om mooi te zijn en hoe belangrijk dat is. Een vergelijkbaar verhaal is waarschijnlijk ook over jongetjes te vertellen. De meisjes wordt geleerd dat schoonheid macht is, schoonheid maakt je beroemd, rijk en geliefd. Meisjes kunnen kiezen uit twee types: madonna (Barbie) of hoer (Miley Cyrus). Andere kleuren of levensstijlen zijn er niet.

Deze indoctrinatie is zo intens en alomvattend dat een vergelijking met staatspropaganda uit het midden van de vorige eeuw op zijn plaats is. Begrijp me niet verkeerd: dit is zonder de bloedige boodschap en het is geen politiek. Wat het volgens mij laat zien is dat de neoliberale machtsovername compleet is. We hebben geen controle meer over ons zelfbeeld, onze cultuur wordt gevormd door de commerciële belangen van grote internationale corporaties als (in dit geval) Walt Disney, Mattel. Er is geen dreiging van geweld maar het is evengoed indoctrinatie die overal aanwezig en onontkoombaar is.

Read more...

Slechte verliezer Donald Trump

>> Thursday, October 27, 2016

 
You are fired! (Bron:  WalkingGeek CC BY 2.0))

Wat is Trump voor persoonlijkheid, en wat voor kiezers trekt hij? Volgens Digby, die zich baseert op een onderzoek in de New York Times past Trump's karakter heel goed bij dat van zijn kiezers:

Trump is the perfect candidate for this group. It’s not just that they are aligned in their xenophobia and bigotry, they are aligned psychologically. It’s essentially about an outsized fear of humiliation and the inability to accept loss, particularly at the hands of people they regard as inferior.

Dat moet dus even slikken zijn voor hem als flink gaat verliezen op 8 november, en dat verklaart ook de moeite die heeft om dat toe te geven: hij heeft vorige week geweigerd te accepteren dat hij verliest. Dit is schokkend omdat het breekt met een basis regel van de democratie: de strijd om de macht wordt gespeeld volgens de regels. Wie daarmee breekt zoals Trump brengt de democratie in gevaar. Toen Bush door het Supreme Court werd benoemd tot President heeft Gore, die de eigenlijke winnaar was omdat hij de verkiezingen (nipt) had gewonnen, onmiddellijk toe om de stabiliteit van het land niet gevaar te brengen. Trump heeft op voorhand al gezegd dat hij dat niet zal doen. 


Read more...

Links en rechts, deel 4: Wat is het verschil?

>> Wednesday, October 26, 2016

Twee koppige slang van turquoise. Religieus ornament van de Azteken. (Bron: Geni CC-BY-SA)
Deel 4 van de serie over Links en Rechts staat op Sargasso. Dit deel is het kernstuk van de serie want hierin laat ik zien dat je volgens mij wel degelijk zinnige dingen kan zeggen over Links en Rechts. Ik heb een criterium geformuleerd dat is gebaseerd op dat van Norberto Bobbio die in zijn boek Left and Right: The Significance of a Political Distinction, het verschil tussen Links en Rechts baseert op 'gelijkheid'. Links streeft naar gelijkheid, rechts accepteert ongelijkheid.

Voor links zijn alle mensen in principe gelijk want we zijn allemaal naakt geboren en sterfelijk: of je man of vrouw bent, of je huid donker of licht van kleur is, of je arm of rijk bent geboren, enfin u kunt het rijtje zelf wel aanvullen: iedereen heeft evenveel recht op geluk.

De definitie die Norberto Bobbio gebruikt kan makkelijk aanleiding geven tot misverstanden omdat rechtse denkers zeggen: 'links wil iedereen gelijk maken'. Links gedraagt zich volgens hen als de beroemde Griekse herbergier [1]. Dit wordt prompt in commentaar nr. 4 onder het artikel geïllustreerd:
De ene mens is nu een maal slimmer en vindingrijker dan de ander, de enige manier om alle mensen op papier gelijkt te maken is onder dwang, repressie en nivellering.
Ik heb daarom geprobeerd het criterium iets algemener te formuleren dan Bobbio, door te stellen dat het onderscheid is gebaseerd op verschillend inzicht over gemeenschap en de rol van het individu daarin. Helaas geeft ook dat aanleiding tot misverstand want, zo wordt daar tegenin gebracht, Geert Wilders staat toch ook voor gemeenschappelijkheid? Namelijk dat wat wij als Nederlanders gemeenschappelijk hebben. Het antwoord daarop is niet echt moeilijk: Wilders baseert die gemeenschap op basis van levensovertuiging (religie). Dit is een perversie van het idee van het standpunt dat mensen gelijkwaardig aan elkaar zijn, ongeacht hun levensovertuiging.

Een belangrijke voor waarde voor een criterium om onderscheid te kunnen maken, is dat het neutraal is. Volgens mij is dat bij mijn criterium (gemeenschap vs. individu) wat beter dan bij ‘gelijk vs. ongelijk’.

Lees de rest op Sargasso en doe mee met de discussie daar.

Noten

[1] Dat was Procrustes. Deze had voor zijn gasten slechts één bed. ’s Nachts kwam Procrustes kijken of de gast in het bed paste, wat nooit het geval was, om zijn gast op maat met geweld op maat te maken. One size fits all zoals we tegenwoordig in goed Nederlands zeggen.


Read more...

Boeken en vrienden

>> Tuesday, October 25, 2016


De onvolprezen column 'De Kroonboekenclub' van Marc van Oostendorp is deze keer wel heel inspirerend. Hij schrijft over E. du Perron. Vooral dit sprak me aan, onder het kopje 'Boeken en Vrienden' over de bundel opstellen van du Perron met de titel 'De Smalle Mens':

In De Smalle Mens staan een [aantal] opstellen verenigd over film, over de samenleving en vooral over boeken. Du Perron was voor alles een lezer, wiens leven duidelijk bestond uit boeken en gesprekken met vrienden over boeken. ‘Eerlijke’ gesprekken, natuurlijk, waarin de vrienden probeerden elkaar niet te ontzien en zo goed mogelijk tot elkaars diepste wezen door te dringen.

Mijn enige probleem is: waar haal ik de tijd vandaan om het lezen?

Als je zelf wel tijd hebt, lees dan verder op Sargasso:

De Kroonboekenclub | De smalle mens, van E. du Perron

Read more...

Links en rechts, deel 3: Politicologie van het volk

>> Monday, October 24, 2016

“Van het volk”. Gedenkplaat voor de Franse Revolutie, geplaatst in het zesde jaar van de revolutie, op een muur in Haut-de-Cagnes (Alpes-Maritimes, France) (Bron)
In Deel 3 van mijn serie over Links en Rechts laat ik zien dat dat ondanks de huidige scepsis over Links en Rechts – het zou niet meer van deze tijd zijn - iedereen precies weet wat er mee bedoeld wordt. Iedereen gebruikt het, academici in deftige boeken over politiek maar ook de leek. Links-Rechts is daarom wat ik noem het 'politieke model van het volk'. De titel van van dit deel is dan ook: "Politicologie van het volk".

Ik heb een kleine survey gedaan - geen echt onderzoek hoor, alleen maar wat ik bij elkaar heb gegoogeld van internet en wat in mijn eigen boekenkast tegenkwam - om eens te kijken hoe het wordt gebruikt. Het is ook altijd leuk om het aan vrienden en bekende te vragen. Vooral jongere mensen hebben er vaak moeite mee, ouderen wat minder.

Wat is eigenlijk het verschil tussen Links en Rechts? Ik ben de volgende typeringen van wat Links en wat Rechts is, tegen gekomen:

- Gelijkheid (Links wil eerlijk delen, Rechts prijst individualisme)
- Verandering (Links is voor verandering, Rechts is behoudend)
- Vrijheid (Autoritair versus Vrijheid)
- Globalisatie (Globalisten versus Nationalisten)
- Rationeel (Idealisme versus Rationalisme)
- Macht (Elite versus het Volk)

Vaak bedrijft men bij het maken van het onderscheid natuurlijk zelf politiek: Wie zegt dat het verschil tussen Links en Rechts Vrijheid is doet dat natuurlijk om de ander zwart te maken, ongeacht of dat Links of Rechts is. En de Autoritairen zijn altijd de ander want iedereen is zelf altijd voor Vrijheid. Hetzelfde geld voor de Rationaliteit (de ander is de dromer) en Macht (Elite boehoe … het Volk is goed).

Ook leuk zijn de verschillende modellen van Links en Rechts. Politicologen komen vaak met multidimensionale modellen. Een bekend voorbeeld is het Politiek Kompas van André Krouwel maar er zijn er veel meer. Wat zetten ze op de assen uit en waarom? Andere varianten zijn het Hoefijzermodel en de het Moraliteiten model van Jonathan Haidt.

Lees Deel 3 van de serie ‘Politicologie van het volk’ op Sargasso.nl

Read more...

Links en rechts, deel 2: Oorsprong en geschiedenis

Om te begrijpen wat woorden in de politiek betekenen is het essentieel om de geschiedenis ervan te kennen. Wanneer is men begonnen ‘links’ en ‘rechts’ van elkaar te onderscheiden en waarom deed men dit? Daarom nu een kleine geschiedenis van de strijd tussen links en rechts.

De gewoonte om de politiek in een links en rechts kamp op te delen is ouder dan de indeling in progressief en conservatief. De termen ‘links’ en ‘rechts’ werden al in 1789, het jaar van de Franse Revolutie gebruikt terwijl ‘conservatief’ pas in 1818 voor het eerst voorkwam. Het was de titel van het blad Le Conservateur dat een mooi rechts motto had:
The conservateur upholds religion, the King, liberty, the Charter and respectable people (les honnêtes gens)
De term kwam pas echt in zwang in 1834 toen de Tory Party zich Conservative Party ging noemen. We zijn rechtse politici dus pas veertig jaar later conservatief gaan noemen, niet omgekeerd. Ook het socialisme ontstond veel later als politieke beweging.

Vaak wordt gedacht dat links en rechts neutrale namen zijn omdat men wel bekend is met het verhaal over de zetelverdeling in het Franse parlement in 1789. De hervormingsgezinde fracties zaten in dit parlement aan de linker kant, en de koningsgezinde fracties zaten aan de rechterkant van de voorzitter. Men concludeert hieruit dat wat nu links en rechts is, op toeval berust en dat de cluster eigenschappen die we nu ‘links’ noemen, ook ‘rechts’ genoemd hadden kunnen worden.

Geboorte van links en rechts

We kunnen het ons nu nauwelijks voorstellen maar volgens Frits Bienfait, die hier uitvoerig onderzoek naar heeft gedaan, is wat uiteindelijk links en rechts werd geen toeval. Hij beschrijft uitvoerig, op basis van oude documenten en archiefstukken, hoe de opdeling ontstond in de Franse Assemblée Nationale. In mei van 1789 werd voor het eerst sinds 1614 een vergadering bijeengeroepen van alle drie de standen: adel, geestelijkheid en burgerij. De zetelindeling was dezelfde als in 1614: de adel zat links van de koning, de geestelijkheid rechts en de burgerij zat achterin de zaal.

Na de openingsvergadering verlieten geestelijkheid en adel direct de zaal om in eigen kring verder te vergaderen. De ‘gewone leden’, de burgerij, nog steeds zo’n 600 man, bleef achter. De burgers besloten toen om de gebruiken van het Engelse parlement over te nemen: bijvoorbeeld de gewoonte om het woord altijd te richten aan de voorzitter. Volgens Bienfait kende men waarschijnlijk ook de Engelse zetelindeling: rechts van de voorzitter zitten de ministers (regering) en links de oppositie. Bij wisseling van de macht verandert men dan van plaats waardoor ‘links’ en ‘rechts’ in deze situatie geen permanente betekenis hebben. Het nieuwe, dat de Franse politiek toevoegde, was dat links en rechts blijvende coalities waren, ongeacht wie er regeerde.

De eerste keer dat deze scheiding tussen links en rechts, zoals wij die nu nog kennen, werd gevormd, was tijdens het kiezen van de voorzitter. Men moest kiezen voor een koningsgezinde of een hervormingsgezinde voorzitter. Volgens Bienfait heeft dit vermoedelijk plaats gevonden op 7 mei 1789 en was de geboorteplaats van links en rechts dus de Salle de Menus-Plaisirs. Hij citeert afgevaardigde Niarac:
Men heeft gemeend voor het stemmen een oplossing te vinden door de vergadering te verzoeken zich in tweeën te verdelen zodanig dat zij die het eens zijn met Malout [de koningsgezinde kandidaat] rechts gaan staan, en zij die de motie van Mirabeau [hervormingsgezinde kandidaat] steunen, links …

Links en rechts of rechts en links?

Een intrigerende vraag is hoe werd bepaald wie links en wie rechts van de voorzitter kwamen te zitten? Was dat echt toeval? Volgen Bienfait is die keuze geen toeval want zij is gebaseerd op een diep verankerde dichotomie waar ook links en rechts deel van uit maken. Dit kennen we bijvoorbeeld ook uit de Bijbel: in Mattheüs 25 vers 33 wordt bijvoorbeeld aangekondigd dat de Mensenzoon ‘de schapen rechts van zich [zal] plaatsen, en de bokken links.’ Uit antropologisch onderzoek blijkt dat het links-rechts dualisme bij veel volken (ook niet Westerse) voorkomt.

In Frankrijk bleek de gewoonte om een indeling te maken tussen links en rechts in de jonge democratie dan ook al snel hardnekkig te zijn. Omdat er ook toen al weerstand tegen was – het zou polariseren – heeft men in het begin serieuze pogingen gedaan om het te doorbreken. De zeteltoewijzing in het Franse parlement werd zelfs enige jaren door loting bepaald. Ook zijn ‘links’ en ‘rechts’ enige tijd in spiegelbeeld geplaatst. Maar de gewoonte om links met ‘links’ en rechts met ‘rechts’ aan te duiden, heeft desondanks standgehouden. In de pers werd, toen de zetels in spiegelbeeld stonden, bijvoorbeeld gesproken over ‘voormalig links’ en ‘voormalig rechts’ [1].

Links en rechts in Nederland

Het duurde bijna een eeuw voordat ook wij de politiek in links en rechts gingen opdelen. De eerste echte ‘fractie’ in de Tweede Kamer was de liberale van Thorbecke en aan het eind van de negentiende eeuw zijn we deze ‘links’ gaan noemen. Pas in de laatste decennia van de negentiende eeuw werd het gebruikelijk om in termen van links en rechts over de politiek te spreken. In het begin valt het onderscheid samen met confessioneel en niet-confessioneel. Socialisten en liberalen worden gezien als ‘links’ en confessionelen als ‘rechts’ [2].

Na de Tweede Wereldoorlog wordt het onderscheid tussen links en rechts in Nederland steeds meer gebruikt om sociaaleconomische onderwerpen mee te karakteriseren.

De eerste decennia na de Tweede Wereldoorlog zijn de machtsverhoudingen tussen arbeid en kapitaal verschoven in het voordeel van de eerste. Het kapitaal is verzwakt door de oorlog. Een oorlog is een bijzonder effectieve manier om te nivelleren omdat het veel bezittingen, met name kapitaalgoederen, vernietigt. En er is nog een andere reden waarom het kapitaal inschikt: door de dreiging van het communisme is men meer geneigd om compromissen te sluiten. Deze jaren worden daarom nu vaak de ‘gouden jaren van het kapitalisme’ genoemd. De economie groeit hard doordat de arbeidsinkomensquote hoog is en omdat de lonen even hard stijgen als de productiviteit. Hierdoor is er volledige werkgelegenheid. Kapitaalverkeer is aan strenge regels gebonden. Dankzij deze hoogconjunctuur kan de verzorgingsstaat opgebouwd worden.

Links domineert in na de Tweede Wereldoorlog de politiek in veel westerse landen. De stemming is optimistisch en de toekomst is hoopvol. D66 wordt opgericht om een eind te maken aan ‘de oude politiek’ en tien, zogenaamde Nieuw Linksers publiceren een pamflet met de naam Tien over rood waarin ze de PvdA beschuldigen veel te conservatief te zijn. Zij doen voorstellen die ons nu radicaal voorkomen: de monarchie moet afgeschaft worden, de Viet Cong en de DDR moeten onvoorwaardelijk erkend worden en werknemers moeten zeggenschap krijgen in het bestuur van het bedrijf waar ze werken [3].

Doemdenken

Maar de revolutie van de jaren zestig strandt in de economische crisis van de jaren zeventig. Links heeft hiervoor geen oplossing en overal in het Westen komen conservatieve partijen aan de macht. Nieuw Links maakt plaats voor Nieuw Rechts, zoals men de nieuwe ideologie toen ook al noemde. De arbeidsinkomensquote daalt en de lonen groeien niet mee met de productiviteit waardoor een einde komt aan de hoogconjunctuur. Geleidelijk aan wordt door rechts de verzorgingsstaat afgebroken. Deze is te duur geworden door de haperende economie.

Het optimisme van de Gouden Jaren slaat om in pessimisme. Dit wordt door Kees van Kooten en Wim de Bie treffend verwoord met de term doemdenken. Links verliest het geloof in haar eigen gelijk, en schuift naar rechts op. Zij legt haar ‘ideologische veren’ af, verwacht geen heil meer van de staat en gelooft niet meer in de maakbare samenleving (maar zie ook). De maatschappij als geheel wordt conservatiever en de politiek verschuift naar rechts.

Het einde van links en rechts?

Het idee dat het onderscheid tussen links en rechts er niet meer toe doet kwam voor het eerst op in de jaren zestig. Al in 1960 stelt Daniel Bell, in The end of ideology, dat ‘weldenkende’ mensen geen ideologie meer nodig hebben. De problemen van de toekomst kunnen beter door techneuten en deskundigen opgelost worden. Ook in Nederland klinken dergelijke geluiden. Volgens de oprichters van D66 is het links-rechtsschema achterhaald en moet de politiek gaan ‘over praktische oplossingen voor de problemen in het land, in plaats van elkaar te bestoken met ideologische dogma’s.’ Dit bereikt een hoogtepunt na de val van het communisme met de publicatie van The end of history door Francis Fukuyama.

Bij het begin van deze eeuw is er niets meer over van het optimisme. Door gruwelijke terreurdaden en toenemende economische instabiliteit slaat de stemming om. Op 11 september 2001 vliegen gekaapte passagiersvliegtuigen in het World Trade Centre en het Pentagon (‘9/11’) en in 2003 bezetten de Amerikanen met politieke steun van Nederland Irak. De vluchtelingenstroom die dat op gang brengt destabiliseert de politiek in West-Europa tot op dit moment. En alsof het nog niet genoeg is, raakt de economie in 2008 in de grootste crisis sinds de jaren dertig. In Europa loopt bovendien het euro-experiment op een grote mislukking uit.

De voorspelling dat we geen ideologie meer nodig hebben was dus wel erg voorbarig. Als een ding duidelijk is, dan is het wel dat ideologie niet overbodig is en dat we politiek niet kunnen overlaten aan technocraten die naar praktische oplossingen zoeken. De politiek leeft als nooit tevoren en ideologie is allerminst verleden tijd.

Bestaat links nog wel?

Sinds de opkomst van Nieuw Rechts is de politiek steeds verder naar rechts verschoven. Bestaat links eigenlijk nog wel? De PvdA is nog maar een schim van wat de partij onder den Uyl was en de rest van links is verdeeld. Heel schoorvoetend komt links, althans in het buitenland, weer terug. Dat laten de successen zien van enkele oude rotten in het vak die altijd links zijn gebleven: Jeremy Corbin en Bernie Sanders. De vraag is wel of het niet te laat is.

Rechts populisme

Het is opmerkelijk hoe in de meeste ontwikkelde democratieën de aanhang van steeds radicaler, rechts populistische partijen groeit [4]. In Nederland hebben we de PVV, in Engeland UKIP , in Duitsland Pegida en AfD , in Frankrijk Front National en in Oost Europese landen als Hongarije en Polen krijgen radicaal rechtse partijen zelfs de absolute meerderheid waardoor ze de grondwet kunnen veranderen in hun voordeel. Ook de Verenigde Staten ontkomen er niet aan. Dit jaar is de transformatie van de Republikeinse Partij in De Tegenpartij geheel voltooid en zijn Jacobse en van Es genomineerd voor het presidentschap van het machtigste land van de wereld [5]. Rechtse politici domineren het politieke nieuws met ‘feiten vrije politiek […] die geen fatsoenlijke basis is om een land te besturen’ zoals Jeroen Laemers het onlangs op Sargasso formuleerde.

Waarom zijn juist rechtse populisten nu zo dominant aanwezig en wat is er toch met links gebeurd? Om die vragen te kunnen beantwoorden is het niet voldoende de geschiedenis van links en rechts te begrijpen, maar moeten we ook kijken naar de rol die ze spelen in de politiek.

Tot zover deze kleine geschiedenis van links en rechts. Het onderscheid tussen links en rechts gaat dus veel verder terug dan goedkope stereotypen. Tot de jaren zeventig domineerde links, en sinds de jaren tachtig wordt de politiek door rechts gedomineerd. In het volgende deel van deze serie over links en rechts inventariseer ik de meningen van links en van rechts over rechts en links.

Eerdere afleveringen
Deel 1: Richting in de Politiek

Noten

[1] Het proces dat leidde tot een zetelverdeling waarbij links en rechts een dagelijkse praktijk werd, zodanig dat er ook over in de media werd geschreven duurde ongeveer een half jaar. Wie meer wil weten over deze geschiedenis raad ik aan het boek van Frits Bienfait Is links beter dan rechts? te lezen. Ik kom in een volgend deel nog op zijn interpretatie van verschil tussen links en rechts terug (Deel 4 en 5).
[2] Door de verzuiling is de situatie in Nederland atypisch. Maar van af de jaren zestig wordt links steeds dominanter. In de jaren zeventig is er voor het eerst een door links gedomineerde coalitie.
[3] Het is de moeite waard om de onlangs uitgezonden aflevering van Andere Tijden met gastpresentator Jort Kelder over Nieuw Links en de jaren zestig te bekiijken. Opmerkelijke observatie: al in 1960 wordt er geklaagd over de grote kloof die er is tussen waar de politiek mee bezig is en wat de burger verwacht dat de politiek doet. Als of er in 66 jaar niets is veranderd.
[4] Zie bijvoorbeeld:
De populistische zeitgeist in west-europa,
Populistische partijen in heel Europa in opmars,
Bang voor terugval en verlies,
In deze landen maakt rechts-populisme zijn opmars.
[5] Deze ontwikkeling is begonnen met de Goldwater revolutie (begin jaren zestig) toen Barry Goldwater tot presidentskandidaat werd gekozen. Door de verkiezingswinst van 1994 kregen zij de overhand in het Congress onder leiding van Newt Gingrich.

Read more...

Links en rechts, deel 1: Richting in de politiek

>> Saturday, October 15, 2016

Regelmatig kun je lezen dat links en rechts ‘niet meer van deze tijd zijn’. Toch wordt het onderscheid tussen links en rechts al gemaakt sinds het begin van de democratie. Tijd om eens te kijken waarom juist nu zo vaak wordt beweerd dat het achterhaald is en als we het er dan toch over hebben: waar staan links en rechts eigenlijk voor?

Wie zich beroept op het onderscheid tussen links en rechts wordt verdacht van simplificatie om te polariseren. En ik moet toegeven, een indeling in twee kampen van zoiets complex als de politiek is verdacht want de wereld is natuurlijk altijd complexer dan wij denken. Ook in het verleden, toen de klassenstrijd nog actueel was, zat er tussen proletariaat en kapitalisten de petite bourgeoisie: de burgerij en kleine middenstand.

Als over links en rechts wordt gesproken is het vaak bedoeld om te polariseren. Men scheldt elkaar uit als kinderen op een schoolplein met bekende clichés zoals 'linkse kerk', 'rechtse lul', ‘reactionair’, ‘fascist’, ‘Noord-Korea’, 'linkse elite' of ‘gut Mensch’ - om er maar een paar te noemen.

Hoewel ik deze klacht dus wel begrijp, is het voor mij geen reden om het niet serieus te nemen omdat het gebruik van de termen links en rechts meer is dan goedkope retoriek. Ze benoemen de twee kampen waarin de politiek is verdeeld. Ook wie de politiek slechts oppervlakkig volgt kan dit onderscheid meestal wel maken. De meeste mensen hebben wel een intuïtieve notie wat links en wat rechts is en meestal is het niet moeilijk een politicus, een krant of organisatie ergens tussen deze twee polen te plaatsen.

Het onderscheid tussen links en rechts is genuanceerder dan het lijkt, want het is een glijdende schaal: De PvdA is centrumlinks, de SP is links. Ook aan de andere kant van het spectrum maken we onderscheid tussen gematigd rechts en extreemrechts: CDA en VVD zijn centrumrechts en de PVV staat verder op de schaal ter rechter zijde. Neo-nazie partijen zoals Jobbik (in Hongarije) of de Gouden Dageraad (in Griekenland) zijn zondermeer extreemrechts. Meestal zeggen we dan dat zij fascistoïde zijn, een woord dat is afgeleid van het Italiaanse fasci, dat groepering betekent en verwijst naar de extreemrechtse beweging van Mussolini en De Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij van Hitler.

Het gebruik van deze terminologie heeft mij altijd gefascineerd omdat het eenvoudig lijkt en iedereen het gebruikt, meestal zonder er ook maar een seconde bij stil te staan wat er eigenlijk mee wordt bedoeld. Ondanks alle klachten over simplisme, polarisatie en de constatering dat we mensen niet in hokjes mogen plaatsen, wordt het dagelijks gebruikt. Een recent voorbeeld is het programma van Frederieke Hegger waarin ze onderzoekt waarom er eigenlijk geen ‘groenrechts’ is. In het programma proberen zij en haar gasten deze vraag te beantwoorden zonder zich ook een keer af te vragen waar links en rechts voor staan. De vraag wordt niet eens gesteld. Dat wil ik nu juist wel doen.

Van de Duitse dichter Ernst Jandl is het volgende gedicht:

lichtung

manche meinen
lechts und rinks
kann man nicht velwechsern
werch ein illtum!

Als motto voor deze serie heb ik dit gedicht gekozen [1] omdat het met lichte spot laat zien dat iedereen het lijkt te weten maar niet weet waarom.

Links en rechts en democratie

Het staat voor mij vast dat met de tegenstelling tussen links en rechts iets wezenlijks wordt uitgedrukt. Links-rechts is een thema of refrein dat al tweehonderd jaar lang doorklinkt ik de democratie. Het onderscheid is namelijk precies even oud [2] want vanaf het allereerste begin, tijdens de Franse Revolutie, worden de termen al gebruikt. Veel eerder zelfs dan de begrippen ‘conservatisme’, ‘socialisme’ en ‘liberalisme’.

Simplisme

We nemen het niet serieus omdat het zo simpel lijkt. Hoe kan je immers de complexe werkelijkheid vatten in een eendimensionale schaal? Maar dat is een platte drogreden. Dat iets eenvoudig is, betekent nog niet dat het niet waar kan zijn. In de natuurkunde is het normaal om eendimensionale schalen te gebruiken voor het beschrijven van complexe natuurverschijnselen. In de meteorologie bijvoorbeeld is temperatuur een van de belangrijkste parameters van het hypercomplexe fenomeen ‘weer’.

“Nu is alles anders”

Een andere reden die vaak wordt aangevoerd om het af te wijzen, is dat het achterhaald zou zijn. Claims over de uitzonderlijkheid van onze tijd heb ik echter altijd verdacht gevonden. Uiteraard heeft elke tijd haar eigen karakter, maar waarom is onze tijd zo anders dan andere tijden dat een politieke indeling van tweehonderd jaar oud niet meer op gaat? Ook dit lijkt op een drogreden, namelijk de denkfout die in het Engels bekend staat als special pleading. In iedere periode denken de mensen die dan leven dat alles wat in het verleden is bedacht achterhaald is. Onze kleinkinderen zullen het denken over onze discussies en onze grootouders dachten het over de ideeën van hun overgrootouders.

Vooral in het Westen gelooft men dat de tijd altijd vooruit gaat, dat alles altijd beter wordt. Hoe onjuist dit is, blijkt met name in de politiek. Het lijkt er eerder op dat in de politiek de klok niet vooruit maar achteruit loopt. De verschillen tussen arm en rijk worden steeds groter en zijn weer op hetzelfde niveau als aan het begin van de negentiende eeuw. Vooral de afgelopen dertig of veertig jaar neemt de ongelijkheid hard toe. Dickens zou zich thuis voelen in onze maatschappij waar een nieuw proletariaat ontstaat, dat we nu niet proletariaat maar precariaat noemen.

Richting

Ik kom uitgebreid terug op deze thema’s in deze serie over ‘links en rechts’. Ik zal de stelling verdedigen dat het nog steeds zinvol is om onderscheid te maken tussen links en rechts en laten zien waar het voor staat.

Het is niet de bedoeling om mensen of partijen in hokjes te plaatsen. Het is is een geleidelijke schaal die richting geeft aan de politiek. Wie er oog voor heeft kan hiermee de politiek beter begrijpen. Zoals temperatuur belangrijk is om het weer te begrijpen, zo is het onderscheid tussen links-rechts belangrijk voor de politiek. Het is geen voldoende maar wel een noodzakelijke karakterisering van de politiek.

Maar het is bovenal ook een manier om over politiek te praten op een manier die de ‘waan van de dag’ overstijgt. Bovendien, voor mij niet onbelangrijk, het is ook gewoon leuk om op deze manier over politiek na te denken.

Ik begin in deel 2 met de geschiedenis van ‘links en rechts’ die veel boeiender blijkt te zijn dan gedacht.

Noten

[1] Behalve het laatste uitroepteken geen interpunctie en ook zonder hoofd en kleine letters zoals in het Duits gebruikelijk. Het woord Lichtung kan ook ‘open plek in bos’ of ‘opheldering’ betekenen. Het gedicht kan op verschillende manieren gelezen worden: Wat links en wat rechts is, is toch duidelijk – denkt men, maar dat is niet zo, dat blijkt als links aan de macht komt – wat is er dan nog links aan haar beleid? Het gaat om de macht. Maar misschien ook wel: het maakt helemaal niets uit. Wat betekent het eigenlijk? Niemand weet het echt. Misschien bestaat het wel helemaal niet. De dichter zelf haalt de boel al behoorlijk door elkaar, dus misschien moeten we hem ook weer niet zo serieus nemen. Hoe dan ook, ik vind het een prachtig gedicht, dat in Duitsland vaak wordt geciteerd.
[2] Ik heb het met nadruk alleen over de democratie in de moderne tijd, niet de klassieke democratie in Athene. De moderne democratie is misschien wel geïnspireerd door de Griekse democratie, maar er zijn ook grote verschillen. Zie bijvoorbeeld dit interessante stuk: Griekse Democratie had vooral religieuze trekjes en Anton van Hooff: Athene. Het leven van de eerste democratie. Jona Lendering bespreekt dit boek hier.

Read more...

About This Blog

  © Blogger templates Sunset by Ourblogtemplates.com 2008

Back to TOP